1.
Zorg dat uw auto goed wordt onderhouden en controleer regelmatig het oliepeil. Goed onderhouden auto’s rijden zuiniger en helpen de CO2-uitstoot te verminderen.
2. Controleer elke maand de bandenspanning. Als u met te zachte banden rijdt, kan het brandstofverbruik met wel 4% toenemen (volgens cijfers van het Internationaal Energie Agentschap).
3. Haal onnodige ballast uit uw kofferbak of van de achterbank. Hoe zwaarder de auto, des te harder moet de motor werken en des te groter is het brandstofverbruik.
4. Doe de ramen dicht, haal vooral bij hogere snelheid het bagagerek van het dak als u het niet gebruikt. Daardoor ondervindt de auto minder luchtweerstand en kunt u het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot met wel 10% verminderen (volgens cijfers van de Europese Commissie).
5. Zet de airconditioning alleen aan als dat nodig is. Onnodig gebruik verhoogt het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot met wel 5% (volgens cijfers van de Europese Commissie).
6. Ga meteen rijden als u de motor heeft gestart en zet de motor af als u meer dan een minuut stilstaat. Met moderne motoren kunt u instappen en wegrijden, dat scheelt dus brandstof.
7. Rijd met een gelijkmatige en aangepaste snelheid. Elke keer als u versnelt of plotseling remt, verbruikt uw motor meer brandstof en produceert hij meer CO2.
8. Als u optrekt, schakel dan zo snel mogelijk naar een hogere versnelling. In de hogere versnellingen wordt minder brandstof verbruikt (volgens cijfers van de Europese commissie).
9. Anticipeer op het verkeer. Kijk tijdens het rijden zo ver mogelijk vooruit, zodat u niet onnodig hoeft te stoppen en op te trekken.
10. Denk eens aan carpoolen om naar uw werk te rijden of in uw vrije tijd er opuit te gaan. U helpt daarmee de files en het brandstofverbruik terug te dringen.